1 november
Onze eerste bestemming zit er bijna op. Ik word rond een uur of 7 wakker en begin stilletjes m’n spullen in te pakken. Later zou blijken dat dit niet stil genoeg was. Als ik rond 8 uur naar buiten ga is het heerlijk rustig en neem ik even wat tijd voor mezelf.
Als Annemijn om 9 uur uit haar bedje rolt kijkt ze me iet wat kwaad aan. We zouden uitslapen en jij doet dit? Ik geef haar een dikke kus en antwoord met “het spijt me snoesje”. De donderwolk waait snel weer over en we begeven ons richting het ontbijt, de keuken dus. Een dubbele boterham met ei en twee toast met Skippy pindakaas en de ander aardbeien jam staat op het menu. Rond om half 11 zijn we klaar voor vertrek. We moeten de trein van 14.48 hebben naar Nakhon Pathom. Vanuit daar reizen we naar het zuiden met de nachttrein. De jongen bij de receptie vertelt ons dat we gebruik mogen maken van de fietsen en raad aan even langs het station te gaan voor de tickets.
Het verkeer in Kanchanaburi doet denken aan Bali maar is ietsje rustiger. Als we bij het treinstation vragen om twee bedden in de nachttrein vanuit Nakhon Pathom blijkt de trein van vandaag al volgeboekt te zijn. We besluiten dat we dan maar morgen gaan reizen. Dan zijn er nog 2 bedden beschikbaar. De tickets worden geboekt en betaald en met een ‘Wai’ vertrekken we weer. Oke, een extra dag hier in de omgeving dus. Als we terug bij het hostel zijn om ons verblijf te verlengen bespreken we ook de activiteiten in de regio. Ons oog valt op een tempelcomplex even buiten de stad. De jongen van de receptie adviseert om er per scooter heen te gaan omdat je dan veel meer kunt zien en doen dan wanneer je een taxi neemt. Hij vraagt nog even of we wel eens scooter gereden hebben in Thailand. Met het antwoord “Niet hier maar wel op Bali lijkt hij dik tevreden”.
Even later stappen we voorzien van twee helmen op een Scoopy-I scooter en rijden het avontuur tegemoet. Het hostel heeft een route voor ons verzorgt. Annemijn doet een goede poging tot navigeren en na een kleine 20 minuten komen we aan bij de Dragon Temple. Of ja, aan de voet van de trap naar de Dragon Temple. Ik schat dat we een kleine 300 treden moeten beklimmen om er te komen. Onderweg passeren we weer een monnik. Als we via de bek van de draak naar binnen wandelen beseffen we dat de hele draak ook uit trap bestaat. Boven is nog meer trap, Daar boven is nog meer trap. Via de batcave komen we uit bij een trap die via een bamboebos leidt naar een tempel. Tot onze verbazing is er na die tempel NOG EEN TRAP… We besluiten die over te slaan, maar als iemand me het ooit nog vraagt zijn we absoluut helemaal naar boven gelopen. De tweede tempel is degene die we zelf hadden uitgezocht. Gelukkig hoeven we hier niet 300 treden naar boven te lopen want deze tempel heeft een kabelbaantje. Opgelucht lopen we de kleurijke trap voorbij richting het baantje. Closed for renovation
Moe en met trillende benen komt Annemijn uiteindelijk ook boven aan. De rest van dit complex is allemaal gelijkvloers gelukkig. Het complex bestaat uit een grote tempel met vet veel verdiepingen, daarnaast staat een half open tempel met daar in een reusachtige zittende gouden boedha. Er lopen veel Thai rond die bij kraampjes wierook kopen en dat tijdens gebed aansteken voor een rijtje van kleinere boedha’s. Ook kopen ze bladgoud waarmee ze de boedha’s beplakken. Ik denk dat dit ritueel onderdeel is van hun gebed. De gedachte hoe dat dan zou zijn in een katholieke kerk schiet door m’n hoofd. Een soort handenarbeid workshop waarbij iedereen een houten pop aan een kruis spijkert bij wijze van gebed. Bizar.
Voor de lunch rijden we naar het Meena Cafe. Mocht je ooit in de buurt zijn van de Wat Tam Seau tempel, ga naar dit cafe. Midden tussen de rijstvelden is een soort oase waar je belachelijk lekkere taart en koffie kunt krijgen en die vervolgens op een plek naar keuze kunt nuttigen. Welke keuzes zijn er dan Alex, hoor ik u vragen. We beginnen bij de lounge met arconditioning, bevalt dat u niet kunt u plaats nemen op een patio gevuld met kussens, nog altijd niet goed of te druk, er zijn ook rustigere plekjes in naastgelegen bijgebouwen. De hangmatten complimenteren de patio voor de echte chillers. Is dit nog altijd niet goed genoeg kunt u rechts van het midden een dutje doen (geen grap, deden mensen echt) in een van de 8 bedden die er staan. Voor meer uitzicht verwijs ik u naar het dakterras. Als u bent bijgekomen van alle koffie en taart stel ik een bezoek aan de tuin voor. De tuin zijn eigenlijk gewoon rijstvelden met een steiger er doorheen. Die steiger is toevallig wel de beste plek voor een instagram foto. Helemaal achter op de steiger staat nog een van de chill keuzes. Een patio hangout voor mensen die niet van mensen houden. Deze plek mag niet ontbreken tijdens uw bezoek, begrijpt u?
De volgende stop is de Giant Monkey Tree. De verwachtingen zijn toren hoog zo u zich voor kunt stellen. De boom is groot, of ja breed. Zo’n 60 meter breed. Echter de giant monkeys ontbreken, of eigenlijk elk formaat aap ontbreekt. Er zijn wel twee jochies acrobatische trucjes aan het doen en er liggen wat zwerfhonden te slapen. Al met al een leuk gezicht maar een teleurstelling qua naam/fun verhouding.
Het avondeten nuttigen we bij gebrek aan inspiratie wederom bij On’s Thai Issan (zo heette het dus). Ik ga dit maal voor de Pad Thai en Annemijn eet een berg groente met een schaaltje rijst als extra. Na wat boodschapjes bij de 7/11 is het weer mooi geweest voor vandaag. De scooter is ons gouden ticket naar huis en rond 8 uur komen we weer thuis en start ik met het schrijven van m’n blog. Annemijn nestelt zich in de stoel naast me en gaat Grace & Frankie zitten kijken. Het leven is prima hier aan de andere kant van de wereld kan ik u vertellen.