Vandaag reizen we per auto naar het bergstadje Cuenca. De ochtend begint op het vliegveld van Madrid waar we, na lang wachten, een vrijwel nieuwe Mercedes Vito meekrijgen. Nadat we allemaal ons plekje in de auto gekozen hebben (ik zit lekker links achterin) kan de reis door het binnenland beginnen. De rit naar Cuenca is zo’n 200 kilometer en we zijn zo’n 2,5 uur onderweg. José en ik opperen nog om onderweg ergens te lunchen in een dorpje maar dat zien de anderen niet zo zitten.
Wanneer we tegen tweeën aankomen in Cuenca en de auto uitstappen valt gelijk op dat het in dit bergstadje veel kouder is dan in Madrid. Gauw kleden we ons om in de hotelkamers en gaan we naar buiten om de omgeving te verkennen. Tijdens de wandeling komen we op een route terecht die ons rond de stad brengt. We volgen de bordjes en dalen steeds verder de berg af. Onderweg komen we langs de werelderfgoed rotshuisjes van Cuenca.
Eenmaal beneden aangekomen volgen we een klein beekje wat ons naar het kanaal voert. Vanuit daar begint de beklimming van de berg weer. Inmiddels was het lang zo koud niet meer en liepen we met lange broeken bij temperaturen van 28 graden de berg op. Vooral Annemijn en ik hebben het zwaar met het laatste stuk. Tijdens de wandeling merken we dat we bekeken worden vanuit de berg aan de andere kant van het dal. De spreuk “the hills have eyes” nemen de bewoners hier wel heel letterlijk.
Uitgeput komen we boven aan, als we een beetje op adem zijn gekomen worden we wel beloond met een mooi uitzicht. Cuenca is gelegen op een berg met daar omheen dalen en andere bergen. Dit landschap zorgt ervoor dat er overal om je heen wel een leuk uitzicht te vinden is. Koen en Joris zijn vooruit gelopen en die komen ons verrassen met een tas vol koud waterflesjes, een heerlijke traktatie na deze inspanning. We gaan terug naar het hotel daar bespreken we wat we gaan doen met avondeten. Koen, Jan en Joris gaan iets uitzoeken via Tripadvisor en komen straks met een voorstel.
Na een wel verdiende rustpauze en een opfrisbeurt zijn we klaar voor het avondeten. Het gekozen restaurant bevindt zich op een klein stukje lopen vanaf het hotel. Wanneer we tijdens de tocht steeds verder en verder de berg af dalen kom ik samen met Annemijn en José in protest, we moeten immers ook de berg weer op na het eten. En daar hebben we niet zoveel zin in, dichterbij is toch ook wel iets te vinden. Uiteindelijk gaan we eten in het café naast het hotel, deze keuze pakt niet voor iedereen goed uit. De lasagne en de pizza zijn niet te eten, Koen en ik kunnen daarentegen wel genieten van onze hamburgers. Wel jammer dat we deze mooie dag zo af moeten sluiten.