De wekker staat om vijf voor zeven, zodra hij af gaat klik ik hem direct uit. Aangezien ik rond zes uur wakker werd kost dit geen enkele moeite. Ik loop stilletjes door huis heen om de meiden nog niet wakker te maken. In alle stilte heb ik m’n tanden gepoetst zodat ik het laatste item, de toillettas, dan ook eindelijk in kon pakken. Voor het eerst in 3 jaar gaan we weer naar Biddinghuizen voor het leukste feestje van het jaar. Toch wel gek dat ik sinds de vorige editie vader geworden ben. Het is de eerste keer dat ik een nachtje bij Emmelie weg zal zijn. De zenuwen zijn enigzins aanwezig over hoe dat zal gaan.
Rond half acht hoor ik kleine kraaitjes door de babyfoon heen. Yaay kleine frutsel is wakker geworden, tijd voor een knuffelend afscheid. Het net gemaakte bakje cornflakes gaat mee naar boven als ik haar uit bed haal. Ik word begroet met een hele grote glimlach door een klein hoopje vrolijkheid. Even een schone luier om en dan mama wakker maken. De ochtenden zijn het mooiste wat er is met een kleine baby. Ze zijn helemaal fit en worden, die van ons althans, altijd super vrolijk wakker. Na de nodige knuffels en het wegwerken van een klef geworden hoopje frosties met melk, is het dan echt tijd geworden om me klaar te maken voor vertrek. Met mijn hoofd al helemaal bij Lowlands ren ik nog gauw de trap op. Een buurman wil onze ladder lenen en die staat nog op zolder. De ladder dan, niet de buurman. Dat zou toch wat vreemd zijn. Stipt 8.15u gaat de bel, Maisa staat voor de deur! Het moment is daar, ik geef de meiden een laatste knuffel en kus en we gaan de auto in.
De reis naar Biddinghuizen gaat voorspoedig tot we na Harderwijk het water oversteken. Het blijkt dat er gewerkt wordt aan een ‘turbo-rotonde’, tijdens de werkzaamheden zou ik in alle voorzichtigheid de verkeersafhandeling als verre van turbo omschrijven. Enfin, de eerste rij van de dag hebben we maar vast gehad. De volgende staat op de Spijkweg, u Lowlands-gangers welbekend. Na ongeveer een half uur stapvoets te hebben gereden komen we aan bij de oorzaak. Twee verkeersregelaars staan de doorstroom op een rotonde te regelen. De toevoer loopt dicht maar verrassend genoeg kunnen we na hun rotonde in een stuk doorrijden naar de parkeerplaats. Dat heb ik niet eerder meegemaakt, maar bevalt eigenlijk prima.
Het is tegen half 11 als we aansluiten in de rij voor de ingang. Na een uurtje hangen en slepen en verrassende hitte door de aanwezige zon hebben we ons bepakt en bezakt door de polsbandjes tent gesleept. Ik ben versierd met een paars, geel en roze bandje waar de tekst LL22 op staat. Het gaat nu echt beginnen. We hebben dit jaar afscheidgenomen van ‘De Brug’. Dat is een hele nieuwe gewaarwording, toch zijn de bolderkarren en overige vervoersmiddelen voor bagage nog niet helemaal verdwenen als bron van ergenis. Het niet hoeven nemen van 2 trappen bevalt me echter wel.
Aangekomen op de camping tref ik een terrein aan wat groter is dan de achtertuin van je moeder. Ik begrijp dat dat een flexibel begrip is dus ik zal het voor je inkleuren. Als je van links naar rechts door ons kamp kijkt past daar toch zeker een rij van 85 kleurboeken naast elkaar. Er is ruimte voor 35 tenten en hun respectivelijke bewoners. Na het bouwen van de drie partytenten en wat gemor en geschuif van de buren krimpen we enigzins in. Er blijft alsnog een kavel over waar menig rijtjeshuis jaloers op zou zijn. Tevreden en wel plaatst ieder zijn zitvlak in een daarvoor bestemd meegebracht stuk meubulair en het feest kan beginnen.
De zon kleurt deze eerste dag Lowlands tot een gezellige warme zomerdag. Iets wat ik niet van te voren voorzien had, aangezien het weerbericht afgelopen maandag nog 5 dagen regen in het vooruitzicht stelde. Nadat we voor gruwelijk veel geld een rits muntjes hebben gehaald gaat het eerste patatje van het weekend naar binnen. Met de puntzak in de hand verkennen we het terrein. Het ziet er uit zoals altijd maar toch weer een beetje anders. Er staat hier en daar wat nieuw te ontdekken kunst en er staan twee nieuwe tenten. Één geheel nieuwe en één waar alleen de buitenkant vernieuwd is. Die geheel nieuwe tent, “Current” beloofde mij in een video een nachtprogramma met pianomuziek. Echter helpt Maisa me uit de droom dat het gaat om Amapiano wat kennelijk Afrikaanse techno muziek is. Ik ben teleurgesteld. De rest van de middag spenderen we bij de tent en kletsen we heerlijk bij met de kampgenoten die we 3 jaar niet gezien hebben.
S’avonds is het tijd voor de silent disco, een foefje wat de festivalganger van vermaak moet voorzien buiten de geluidsvergunning om. Een uurtje staan we te dansen en ons af te vragen waarom deze DJ er zo’n potje van maakt. Hier en daar zit een leuk liedje maar de rest klinkt nergens naar en de overgangen zijn om te huilen. Ik opper in het gezelschap dat deze DJ waarschijnlijk nog niet zo heel lang op DJ’en zit. Er wordt instemmend geknikt. Wanneer de klok 22.00 slaat besluit ik af te haken, de batterij is leeg en bedrust is het doktersrecept. Ik sluit de dag af met een zoektocht door de doopkapel van Florence opzoek naar het dodenmasker van Dante Alighieri. Ik lees Dan Brown’s ‘Inferno’.